Vertaling Trubel van Duits naar Nederlands
Wat is Trubel in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Trubel van DE naar NL.
Trubel der ~
(Emsigkeit)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
tumult
het ~
beroering
de ~
drukte
de ~
geraas
het ~
heibel
de ~
heksenketel
de ~
lawaai
het ~
leven
het ~
opschudding
de ~
pandemonium
het ~
rumoer
het ~
Woorden die beginnen of eindigen met Trubel
Recente vertalingen van DE naar NL
Abkaufsumme
-
Sicherheitsmaßnahme
-
Heldin
-
kapitulieren
-
Raststätte
-
Überempfindlichkeit
-
sich fortbewegen
-
Umweltexperte
-
baumreich
-
Mietwohnung
-
Beifall
-
Khaki
-
verbittern
-
Jodtinktur
-
Festordner
-
Freier
-
Eingeschaltete
-
Gouverneur
-
Klangen
-
Grabgewölbe
-
Lachmuskel
-
Leder
-
Röten
-
Zugpferd
-
sengen