Vertaling krijgen van Nederlands naar Duits

overkrijgen - trachten te krijgen - trachten te verkrijgen - open krijgen - eronder krijgen - als toetje krijgen - het gevoel krijgen - weerkrijgen - openkrijgen - onderkrijgen - dichtkrijgen - wegkrijgen - iemand eronder krijgen - jongen krijgen - herkrijgen - loskrijgen - klein krijgen - graad van doctor verkrijgen - bijeen krijgen - tanden krijgen - op de hand krijgen - kleinkrijgen - afkrijgen - tehoren krijgen - verkrijgen

maanvis - uiteenvouwen - geloofsovertuiging - viersprong - aas - tractie - cruciaal - vetmesten - zeeklimaat - vriendelijk - voorzittersplaats - iemand schrappen - snavelvormig - betrekking - gasthuis - vlammetje - makkelijkheid - kinderrechter - wisseltruc - In den beginne - voorslaan - mijngas - verrader - beschuit - in tweeën delen