Vertaling Karte van Duits naar Nederlands
Wat is Karte in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Karte van DE naar NL.
Karte die ~
(Eintrittskarte)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
toegangsbewijs
het ~
entreebiljet
het ~
kaart
de ~
kaartje
het ~
plaatsbewijs
het ~
ticket
het ~
Woorden die beginnen of eindigen met Karte
Platzkarte
-
Wanderkarte
-
Stechkarte
-
Generalstabskarte
-
Himmelskarte
-
Kundenkarte
-
Wetterkarte
-
Reliefkarte
-
Speisenkarte
-
Ansichtskarte
-
Kartenspieler
-
Straßenkarte
-
Karteikästen
-
Autokarte
-
Zuschlagskarte
-
Kartenzimmer
-
Preiskarte
-
Schülerkarte
-
Postkarte
-
Kartenlegerin
-
Wahlkarte
-
Einladungskarte
-
Kartenlegen
-
Wochenkarte
-
Saisonkarte
Recente vertalingen van DE naar NL
Reduzierung
-
Leichentücher
-
Halsband
-
Geschäftskreise
-
Protein
-
schälen
-
schwierig
-
Sonnenbrille
-
Zungenküsse
-
unhandlich
-
Sanktion
-
wert
-
Mannstolles Mädchen
-
Mauerstrebe
-
Go-Kart
-
Hugenotte
-
lachhaft
-
verlassen
-
Streithahn
-
anheizen
-
Abwasserkanäle
-
Tiefpunkt
-
Gebrauchswert
-
supplieren
-
falten