Nederlandse synoniemen voor epoche
Ander woord voor epoche?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als epoche in het Nederlands.
epoche de ~ (tijdperk)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
tijdperk
het ~
era
de ~
periode
de ~
tijdsgewricht
het ~
tijdsverloop
het ~
tijdvak
het ~
Recent opgevraagde synoniemen in NL
zwaarte
-
waarzegsters
-
zon
-
zilverpapier
-
afgestudeerde
-
begaafdheid
-
inslapen
-
maagstoornis
-
oestercultuur
-
desinteresse
-
minutieus
-
glinsterend
-
celstraf
-
zandstrand
-
mikken
-
lampenpit
-
prof
-
proviand
-
kookboek
-
trouwjapon
-
aanstaande
-
voornamelijk
-
deductie
-
met oogleden op en neer gaan
-
zakenvrouw