Nederlandse synoniemen voor epoch
Ander woord voor epoch?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als epoch in het Nederlands.
epoch (tijdperk)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
tijdperk
het ~
epoche
de ~
era
de ~
periode
de ~
tijdsgewricht
het ~
tijdsverloop
het ~
tijdvak
het ~
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met epoch
Recent opgevraagde synoniemen in NL
flikwerk
-
opgehouden
-
grijperkraan
-
bloedplasma
-
koersverandering
-
oortelefoon
-
lachaanval
-
calligrafie
-
omsluiten
-
overgeven
-
ineentimmeren
-
ijsbeitel
-
met gelijke munt terugbetalen
-
haveloosheid
-
te boven komen
-
verstuwen
-
startkosten
-
luider
-
onhanteerbaar
-
aanblik
-
groepsleraar
-
academie
-
bordeel
-
toga
-
ever