Nederlandse synoniemen voor af
Ander woord voor af?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als af in het Nederlands.
af (afgedaan)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met af
aftreksom
-
afschrikken
-
afleveren
-
afremmen
-
afwerken
-
afklimmen
-
topograaf
-
afstemknop
-
afkalven
-
afstandelijk
-
afgehandeld
-
kunstfotograaf
-
afmeren
-
afdichtingsbanden
-
afspanen
-
afkleden
-
afdanking
-
afsmijten
-
afhangen
-
afkeuring
-
aftrekking
-
aftekenen
-
afgemeten praten
-
afstuiten
-
afschepen
Recent opgevraagde synoniemen in NL
leraar op basisschool
-
zich in de echt verbinden
-
uitbroeden
-
zich opwerken
-
roepen
-
handelbaarheid
-
land van herkomst
-
degelijkheid
-
statutair
-
wijze van voorstellen
-
ongepast
-
nicht
-
herdersambt
-
fakkel
-
knipoog
-
gestolen goed verkopen
-
criticus
-
vogelbekken
-
kwartel
-
uikoepel
-
bovenblad
-
gehucht
-
verbeeldingen
-
quatsch
-
iets onverwachts doen