Nederlandse synoniemen voor voorbij

Ander woord voor voorbij?

De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als voorbij in het Nederlands.

voorbij (voltooid)
[bijvoeglijk naamwoord]
af
uit
voorbij (af)
[bijvoeglijk naamwoord]
af
uit
voorbij (gepasseerd)
[bijvoeglijk naamwoord]
voorbij (verstreken)
[bijvoeglijk naamwoord]
vervallen de ~

Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met voorbij

Recent opgevraagde synoniemen in NL