1. Home
  2. Vertalen
  3. DE
  4. NL
  5. träge

Vertaling träge van Duits naar Nederlands

Wat is träge in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van träge van DE naar NL.

träge (faul)
[bijvoeglijk naamwoord]
vadsig
träge (langsam)
[bijvoeglijk naamwoord]
sloom
langzaam
traag
träge (trödelig)
[bijvoeglijk naamwoord]
treuzelachtig
aarzelend
besluitloos
dralend
langzaam
leuterig
slepend
talmend
traag
treuzelend
weifelend
träge (behäbig)
[bijvoeglijk naamwoord]
gezapig
bezadigd
sloom
träge (müde)
[bijvoeglijk naamwoord]
loom
lijzig
log
träge (lustlos)
[bijvoeglijk naamwoord]
futloos
lamlendig
lusteloos
mat de ~
slap
träge (lax)
[bijvoeglijk naamwoord]
laks
träge (verkrüppelt)
[bijvoeglijk naamwoord]
kreupel
lam het ~
mank

Woorden die beginnen of eindigen met träge

Eilaufträge - Beträge - Friedensanträge - Vorträge - Gesamtbeträge - Beiträge - Unterhaltsbeiträge - Träger - Trägerlohn - Bauaufträge - Strafanträge - Restbeträge - Gegenanträge - Kaufverträge - Verträge - Erträge - Anträge - Trägerlasten - Verkaufsverträge - Tauschverträge - Nachträge - Zusatzanträge - Eintragungsbeträge

Recente vertalingen van DE naar NL

zufolge das Strafrecht - Tüllenlampe - Schlagen - aufbrennen - Zugabe - handarbeiten - Durchzieher - Attraktivität - Gebot - Tamtam - ebnen - edel - Lösung - Brennholzsammler - Geigenspieler - Fakultät - Zusammenschluß - Schachpartie - Weglegen - Jährling - essentiell - unvorbereitet - Abdanken - Nationalhymne - Buntstift
Reinier Korth - Freelance Web Developer