Vertaling staan van Nederlands naar Spaans

schichtig blijven staan - iets weerstaan - laten staan - leegstaan - vrijgezellenbestaan - volstaan - middel van bestaan - weerstaan - staande kapstok - stijf staan - staande houden - misstaan - weer opstaan - voorstaan - openstaan - ontstaan - klaarstaan - toestaan - stilstaan - overstaan - wederopstaan - perplex staan - goed staan - kluizenaarsbestaan - zich laten voorstaan

muziekstandaard - naar beneden gooien - wormstekig - weekte - vervalsen - ontzet zijn - een knippend geluid maken - camera team - pruilen - resumeren - opzicht - tongvormig - polystyreen - repeteervuur - tekst redigeren - strafpredikatie - stoplap - beslaglegging - oppeppen - supplementen - tafeltje-dek-je - afroep - volkstuintjes - rondstrooien - schouwburgen