Vertaling spijs van Nederlands naar Duits
Wat is spijs in het Duits?
Hieronder vind je de vertaling van spijs van NL naar DE.
spijs de ~
(voeding)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Ernährung
die ~
Beköstigung
die ~
Essen
das ~
Fressen
das ~
Futter
das ~
Kost
die ~
Mundvorrat
die ~
Mundvorräte
die ~
Nahrung
die ~
Nahrungsmittel
die ~
Proviant
der ~
Speise
die ~
Speisung
die ~
Verpflegung
die ~
Woorden die beginnen of eindigen met spijs
spijsverteringsstelsel
-
hoofdspijs
-
spijskaart
-
spijsvertering
-
spijsverteringsorganen
-
spijsverteringen
-
vastenspijs
-
spijsverteringskanalen
-
godenspijs
-
spijsverteringsorgaan
-
spijsverteringsstoornissen
-
spijsverteringskanaal
-
spijskasten
-
amandelspijs
-
spijskast
-
spijsolie
-
spijs van de Olympische goden
-
toespijs
-
vleesspijs
Recente vertalingen van NL naar DE
museum
-
hulpleraar
-
landbouwakte
-
closet
-
verbruiksartikel
-
gerangschikt
-
zurig
-
gespring
-
eerbewijs
-
ingenomenheid
-
dufheid
-
beboste helling
-
onderkomens
-
links laten liggen
-
landbewoners
-
een stem uitbrengen
-
bevreemden
-
speleoloog
-
kratervormig
-
ontmantelen
-
bengelachtig
-
benieuwd
-
vaginaal
-
rouwdag
-
koffiehuis