Vertaling push van Engels naar Nederlands

Wat is push in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van push van EN naar NL.

push the ~ (button)
[zelfstandig naamwoord]

knopje

push the ~

dringen

duwen de ~

push the ~ (nudge)
[zelfstandig naamwoord]

duwtje het ~

duw de ~

por de ~

stoot de ~

stootje

zet de ~

push the ~ (move)
[werkwoord]

schuivend verplaatsen

verschuiven

voor zich uitschuiven

push the ~ (shove)
[werkwoord]

voortschuiven

schuiven de ~

push the ~ (sell)
[werkwoord]

verhandelen

verkopen de ~

push the ~ (thump)
[werkwoord]

stompen de ~

hengsten

rammen de ~

push the ~ (promote)
[werkwoord]

promoten

avanceren

helpen

push the ~ (give a push)
[werkwoord]

aanduwen

push forward - push-bike - push trough - pushing in - push in - pushyness - pushcart - pushful man - push under - pusher - pushing - push along - push open - pushing on - pushed in - push out - push away - push closed - push rod - push through - pushy - pushing out - push-button telephone - pushed - push shut

turd - pale - felony - unseemly - carpenters tool-box - fascinated - gastronomical - without - admissible - scatology - entire production - bluff - emotionless - entitled - gas pressure - perky - towing-service - squall - land at airport - mating-season - pat someone on the back - lay brother - obey - be contrary - confluence