Vertaling periode van Nederlands naar Duits
Wat is periode in het Duits?
Hieronder vind je de vertaling van periode van NL naar DE.
periode de ~
(termijn)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Periode
die ~
Abschnitt
der ~
Spanne
die ~
Termin
der ~
Zeitabschnitt
der ~
Zeitraum
der ~
Zeitspanne
die ~
Zwischenzeit
die ~
Woorden die beginnen of eindigen met periode
ambtsperiode
-
periodes
-
bloeiperiode
-
glansperiode
-
afkoelingsperiode
-
zittingsperiode
-
vorstperiode
-
tijdsperiode
-
incubatieperiode
-
overgangsperiode
-
regenperiode
-
warmteperiode
Recente vertalingen van NL naar DE
intomen
-
dag van overlijden
-
bottelarij
-
slecht bekomend
-
gewatteerd
-
oprispen
-
genealogisch
-
inklimmen
-
naar beneden dalen
-
losbreken
-
strafwetgeving
-
waardepapieren
-
jaarcijfers
-
weeshuis
-
merkteken
-
knekelhuizen
-
typeren
-
koffiehuizen
-
hoogachting
-
bliksemschicht
-
vliezig
-
buitenhuid van een schip
-
snaak
-
gifgas
-
vulcanologie