Vertaling Pastor van Duits naar Nederlands
Wat is Pastor in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Pastor van DE naar NL.
Pastor der ~
(Geistliche)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
dominee
de ~
predikant
de ~
prediker
de ~
voorganger
de ~
Woorden die beginnen of eindigen met Pastor
Recente vertalingen van DE naar NL
Klampe
-
Euer Ehren
-
Grundpapier
-
anrichten
-
Fühlsprossen
-
Schaftstiefel
-
inserieren
-
aufreien
-
Fransenborte
-
Wahlvolk
-
Verwelken
-
Liebeskummer
-
Gänschen
-
Drilling
-
Steigeisen
-
Auspuffgas
-
umwohnend
-
versunken
-
Expreß
-
Chauffeure
-
Ferienzuschlag
-
Verwehen
-
beipflichten
-
Seifenschale
-
anwenden