Vertaling Gänschen van Duits naar Nederlands
Wat is Gänschen in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Gänschen van DE naar NL.
Gänschen das ~
(Unbedeutende)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
onbenul
de ~
achterlijke
de ~
dommerik
de ~
dwaas
de ~
idioot
de ~
onnozelaar
de ~
Gänschen das ~
Recente vertalingen van DE naar NL
Gesichtspunkt
-
Rekreation
-
vertrauenswürdig
-
tatsächlich
-
Gegenvorwürfe
-
flatternd
-
Gewerkschaftsmitgliedschaft
-
durchgeknetet
-
Kohäsion
-
lebend
-
in bezug auf
-
Kinderkur
-
Hexenverbrennung
-
informell
-
rüde
-
subaltern
-
konstruieren
-
Gartenamt
-
Überleben
-
Süßwarenladen
-
Tanzboden
-
Ornithologe
-
Flugverein
-
Selbstlaute
-
Stahlwerk