Vertaling orden van Spaans naar Nederlands

orden el ~

tucht de ~

discipline de ~

dwang de ~

gehoorzaamheid de ~

onderwerping de ~

orde de ~

orden el ~ (alborozo)
[zelfstandig naamwoord]

ordelijkheid de ~

keurigheid de ~

netheid de ~

onberispelijkheid de ~

orden el ~ (comando)
[zelfstandig naamwoord]

dienstorder de ~

orden el ~ (estructura)
[zelfstandig naamwoord]

bestel de ~

samenstel het ~

orden el ~ (alegría apacible)
[zelfstandig naamwoord]

welgemanierdheid

beleefdheid de ~

beschaafdheid de ~

betamelijkheid de ~

decorum de ~

fatsoen het ~

fatsoenlijkheid de ~

gevoeglijkheid

orden el ~ (abertura)
[zelfstandig naamwoord]

rondborstigheid

openhartigheid de ~

openheid de ~

oprechtheid de ~

rondheid

orden el ~ (irreprensibilidad)
[zelfstandig naamwoord]

onberispelijkheid de ~

keurigheid de ~

netheid de ~

opgeruimdheid de ~

ordelijkheid de ~

properheid de ~

smetteloosheid

orden el ~ (respetabilidad)
[zelfstandig naamwoord]

fatsoenlijkheid de ~

betamelijkheid de ~

fatsoen het ~

welgemanierdheid

welvoeglijkheid de ~

orden el ~ (decreto)
[zelfstandig naamwoord]

verordening de ~

orden el ~ (serie)
[zelfstandig naamwoord]

serie de ~

aaneenschakeling de ~

reeks de ~

orden el ~ (fila)
[zelfstandig naamwoord]

rij manschappen

gelid het ~

orden el ~ (reglamentación)
[zelfstandig naamwoord]

reglementering de ~

orden el ~ (regularidad)
[zelfstandig naamwoord]

regelmaat de ~

orde de ~

orden el ~ (serie)
[zelfstandig naamwoord]

reeks de ~

aaneenschakeling de ~

keten de ~

rij de ~

serie de ~

orden el ~ (construcción)
[zelfstandig naamwoord]

opbouw de ~

ordening de ~

organisatie de ~

samenstelling de ~

structuur de ~

systeem het ~

orden el ~ (instrucción)
[zelfstandig naamwoord]

instructie de ~

aanwijzing de ~

voorschrift het ~

orden el ~ (barra)
[zelfstandig naamwoord]

gelid het ~

rij de ~

orden el ~ (desastre)
[zelfstandig naamwoord]

gelazer het ~

narigheid de ~

trammelant de ~

orden el ~ (mandamiento)
[zelfstandig naamwoord]

bevel het ~

commando de ~

order de ~

orden el ~ (colección)
[zelfstandig naamwoord]

allegaartje het ~

mengelmoes de ~

samenraapsel het ~

orden el ~ (notificación)
[zelfstandig naamwoord]

aanzegging de ~

aanschrijving de ~

kennisgeving de ~

Vertaling orden van Spaans naar Nederlands

Wat is orden in het Nederlands?

Woorden die beginnen of eindigen met orden

Recente vertalingen van ES naar NL

Cookievoorkeuren

Vertaling orden van Spaans naar Nederlands

Wat is orden in het Nederlands?

Woorden die beginnen of eindigen met orden

Recente vertalingen van ES naar NL