Vertaling Fröhlichkeit van Duits naar Nederlands

Fröhlichkeit die ~ (Frohsinn)
[zelfstandig naamwoord]

vrolijkheid de ~

hupsheid

lustigheid de ~

uitgelatenheid de ~

Fröhlichkeit die ~ (Freude)
[zelfstandig naamwoord]

blijdschap de ~

plezier het ~

vreugde de ~

Fröhlichkeit die ~ (Spaß)
[zelfstandig naamwoord]

vreugde de ~

jolijt de ~

plezier het ~

pret de ~

Fröhlichkeit die ~ (Spaß)
[zelfstandig naamwoord]

pret de ~

gein de ~

jolijt de ~

keet de ~

leut de ~

lol de ~

plezier het ~

Fröhlichkeit die ~ (Heiterkeit)
[zelfstandig naamwoord]

opgewektheid de ~

blijheid de ~

blijmoedigheid de ~

vrolijkheid de ~

Fröhlichkeit die ~ (Entzücken)
[zelfstandig naamwoord]

opgetogenheid de ~

Fröhlichkeit die ~ (Ausgelassenheit)
[zelfstandig naamwoord]

joligheid de ~

Fröhlichkeit die ~ (Geistesverführung)
[zelfstandig naamwoord]

geestvervoering de ~

betovering de ~

extase de ~

trance de ~

verrukking de ~

vervoering de ~

Wat is Fröhlichkeit in het Nederlands?