Vertaling dumhet van Zweeds naar Engels

dumhet (dåraktighet)
[zelfstandig naamwoord]

folly the ~

banter the ~

idiocy the ~

nonsense the ~

silliness the ~

dumhet (enfald)
[zelfstandig naamwoord]

foolishness the ~

inanity the ~

naïvete the ~

silliness the ~

dumhet (enfald)
[zelfstandig naamwoord]

stupidity the ~

dullness the ~

vapidity the ~

dumhet (täthet)
[zelfstandig naamwoord]

density the ~

concentration the ~

dumhet (blunder)
[zelfstandig naamwoord]

blunder the ~

dumhet (blunder)
[zelfstandig naamwoord]

blunder the ~

blooper the ~

enormity the ~

Wat is dumhet in het Engels?