Vertaling Arbeit van Duits naar Nederlands

Arbeit die ~ (Abhandlung)
[zelfstandig naamwoord]

werkstuk het ~

verhandeling de ~

Arbeit die ~ (Beruf)
[zelfstandig naamwoord]

werk het ~

beroep het ~

vak het ~

Arbeit die ~ (Beschäftigung)
[zelfstandig naamwoord]

karwei de ~

arbeid de ~

job de ~

Arbeit die ~ (Aufgabe)
[zelfstandig naamwoord]

klusje

karweitje het ~

Arbeit die ~ (Lohnarbeit)
[zelfstandig naamwoord]

loonarbeid de ~

loonwerk

werk het ~

Arbeit die ~ (Wirkungskreis)
[zelfstandig naamwoord]

werkkring de ~

baan de ~

werk het ~

werkplek de ~

Arbeit die ~ (Tätigkeit)
[zelfstandig naamwoord]

werk het ~

ambacht het ~

arbeid de ~

bezigheid de ~

inspanning de ~

taak de ~

vak het ~

werkzaamheid de ~

Arbeit die ~ (schwere Arbeit)
[zelfstandig naamwoord]

krachttoer de ~

Arbeit die ~ (Freizeitbeschäftigung)
[zelfstandig naamwoord]

hobby de ~

bezigheid de ~

Arbeit die ~ (Gärung)
[zelfstandig naamwoord]

gisting de ~

Arbeit die ~ (Aktivität)
[zelfstandig naamwoord]

activiteit de ~

arbeid de ~

bedrijvigheid de ~

bezigheid de ~

werkzaamheid de ~

Vertaling Arbeit van Duits naar Nederlands

Wat is Arbeit in het Nederlands?

Woorden die beginnen of eindigen met Arbeit

Recente vertalingen van DE naar NL

Cookievoorkeuren

Vertaling Arbeit van Duits naar Nederlands

Wat is Arbeit in het Nederlands?

Woorden die beginnen of eindigen met Arbeit

Recente vertalingen van DE naar NL