Nederlandse synoniemen voor totaliteit
Ander woord voor totaliteit?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als totaliteit in het Nederlands.
totaliteit de ~ (voltalligheid)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
eenheid
de ~
geheel
het ~
gezamenlijkheid
de ~
totaal
het ~
volkomenheid
de ~
volledigheid
de ~
Recent opgevraagde synoniemen in NL
Oudejaarsavond
-
verlummelen
-
zit
-
beschimmelen
-
gedachtewisseling
-
vol maken
-
hulppriester
-
bijzettafeltjes
-
verzakt
-
driemaandelijks
-
overhalen
-
steengruis
-
drukpratend
-
kramp
-
homoniem
-
week maken
-
iemand aan wie iets gegeven wordt
-
volle maan
-
distribueren
-
winkeltas
-
geƫmitteerd
-
huichelachtig
-
gelijklopend
-
genaderijk
-
beschermen