Nederlandse synoniemen voor totaal
Ander woord voor totaal?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als totaal in het Nederlands.
totaal het ~ (voltalligheid)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
eenheid
de ~
geheel
het ~
gezamenlijkheid
de ~
totaliteit
de ~
volkomenheid
de ~
volledigheid
de ~
totaal het ~ (niet oppervlakkig)
[bijvoeglijk naamwoord]
[bijvoeglijk naamwoord]
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met totaal
totaalbeeld
-
totaalplan
-
totaalbedrag
-
totaalindruk
-
totaalkosten
-
totaal vermagerd
-
totaalbedragen
-
totaal bedrag
-
totaalwaarden
-
totaal vermogen
-
totaalwaarde
Recent opgevraagde synoniemen in NL
oogarts
-
kinderhoofdje
-
examineren
-
gevoelens verdringen
-
opbouw
-
met weinig ruimte
-
illusionist
-
hersengezwel
-
fik
-
voedsel geven
-
slotheer
-
bod
-
effectenhandelaar
-
lijfeigene
-
portret
-
hoboïst
-
voorgeven
-
spottend glimlachen
-
hoekmeter
-
werkzaamheid
-
minimum inleg
-
flink poetsen
-
ruptuur
-
uitpraten tot het eind
-
corvee