Nederlandse synoniemen voor kasplant
Ander woord voor kasplant?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als kasplant in het Nederlands.
kasplant de ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
gespleten
-
iemand toespreken
-
angst
-
gepeperd
-
doodschoppen
-
bokkig
-
pat
-
gelukstreffer
-
grootje
-
pompeus
-
bospad
-
druppels laten vallen
-
mankement
-
japen
-
tenslotte
-
waterafstotend
-
wortel schieten
-
vrijspreken
-
placemats
-
situaties
-
omhoog rijzen
-
hoogteverschil
-
verpleger
-
doorgegeven
-
pit