Nederlandse synoniemen voor verpleger
Ander woord voor verpleger?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als verpleger in het Nederlands.
verpleger de ~ (broeder)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
broeder
de ~
diaken
de ~
hulp
de ~
ziekenbroeder
de ~
Nederlandse woorden die beginnen of eindigen met verpleger
Recent opgevraagde synoniemen in NL
kroeg
-
schippers
-
tafelbediende
-
molesteren
-
begluren
-
inschatten
-
schakeren
-
halfzacht
-
kookboeken
-
teruggooien
-
toevlucht
-
evenzo
-
staaf
-
hoofdpersoon
-
begraafplaats
-
moes
-
schrijfkunstenaar
-
oppassen voor gevaar
-
snorren
-
stansen
-
met een kram vastmaken
-
oplichting
-
stroperij
-
reageren op
-
huishoudboek