Nederlandse synoniemen voor afbreking
Ander woord voor afbreking?
De woorden hieronder zijn synoniemen en hebben dezelfde betekenis als afbreking in het Nederlands.
afbreking de ~
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Geen synoniemen gevonden.
Recent opgevraagde synoniemen in NL
tussenijstijd
-
nul
-
afleren
-
eendegesnater
-
lamskotelet
-
plaats hebben
-
kleverigheid
-
bagageruimte
-
vindingrijk vernuft
-
proposities
-
schaatsenrijdster
-
mentor
-
demonisch
-
kalkgrond
-
aandoenlijkheid
-
kanten
-
kledingstuk
-
uitzetten
-
arm
-
uitstorten
-
heildronk
-
inwonende
-
nijging
-
kopstoot
-
inzameling