Vertaling zwakker worden van Nederlands naar Zweeds

ontkerkelijking - zwanendons - bewaker - vleugelslag - verborgenheid - koor - beu - offerte - bezwaar - fulmineren - distantiëren - kersvers - menselijk - congé - want - in bewaring geven - schminkdoos - roetsjen - zwelgen - computergestuurd - smeltmiddel - influisteren - hardhout - kleptomanie - opfriscursus