Vertaling zwakheid van Nederlands naar Spaans

zwakheid de ~ (krachteloosheid)
[zelfstandig naamwoord]

debilidad la ~

zwakheid de ~ (zwak punt)
[zelfstandig naamwoord]

punto débil el ~

punto flaco el ~

zwakheid de ~ (teerheid)
[zelfstandig naamwoord]

debilidad la ~

flaqueza la ~

zwakheid de ~ (slapheid)
[zelfstandig naamwoord]

flojedad el ~

debilidad la ~

estupidez el ~

fatiga la ~

flojera la ~

fragilidad la ~

inactividad la ~

zwakheid de ~ (manco)
[zelfstandig naamwoord]

falta la ~

debilidad la ~

defecto el ~

deficiencia el ~

desperfecto el ~

hueco el ~

merma la ~

vacío el ~

zwakheid de ~ (broosheid)
[zelfstandig naamwoord]

fragilidad la ~

debilidad la ~

Wat is zwakheid in het Spaans?