Vertaling Zimmerwirt van Duits naar Nederlands
Wat is Zimmerwirt in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Zimmerwirt van DE naar NL.
Zimmerwirt der ~
(Zimmervermieter)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
kamerverhuurder
de ~
hospes
de ~
huisbaas
de ~
huisheer
de ~
Recente vertalingen van DE naar NL
Autofahrer
-
Aufgehen
-
Neuankömmling
-
auslieferbar
-
größer
-
Glasbearbeitung
-
Wirrköpfe
-
Gastdirigent
-
zivilisiert
-
Zimmerwärme
-
Eßbesteck
-
ungreifbar
-
Entdeckuntsreisender
-
verwerflich
-
Geschützpforte
-
Baum
-
Keim
-
Bürste von Schweinsborsten
-
Kurbelräder
-
Nektarkelch
-
ungewöhnliche
-
sich kümmern
-
Gewindebohrer
-
Auswanderer
-
zucken