Vertaling winter van Nederlands naar Zweeds
Wat is winter in het Zweeds?
Hieronder vind je de vertaling van winter van NL naar SE.
winter de ~
Woorden die beginnen of eindigen met winter
wintersport
-
winterhanden
-
winterjas
-
winterseizoen
-
hongerwinter
-
wintertuinen
-
winterkleding
-
winteravond
-
winterkost
-
winterkleren
-
kwakkelwinter
-
winters
-
wintergoed
-
winterjassen
-
winterkoninkje
-
winterbedden
-
winterslaap
-
winterachtig
-
wintertuin
-
winterappelen
-
wintertijd
-
winterlandschap
Recente vertalingen van NL naar SE
mankementen
-
repeteervuur
-
veestal
-
onbereikbaar
-
vereniging van hotelhouders
-
gebral
-
schermkunst
-
pleegouders
-
straatventers
-
sluitboom
-
treurdichter
-
aanstalten
-
gaarkeuken
-
vilten
-
haarsnit
-
teweegbrengen
-
hofkapel
-
kieuwpotigen
-
gestreel
-
inktrol
-
genoegdoening
-
opzouten
-
kunstenaar
-
leut
-
slecht verteerbaar