Vertaling tehuis van Nederlands naar Frans
Wat is tehuis in het Frans?
Hieronder vind je de vertaling van tehuis van NL naar FR.
tehuis het ~
(huisvesting)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
hébergement
le ~
abri
le ~
accommodation
la ~
domicile
le ~
foyer
le ~
gîte
le ~
habitation
la ~
hospice
le ~
logement
le ~
maison daccueil
la ~
Woorden die beginnen of eindigen met tehuis
geboortehuis
-
gemeentehuis
-
verpleegtehuis
-
kindertehuis
-
gekkentehuis
-
verzorgingstehuis
-
bejaardentehuis
-
retraitehuis
Recente vertalingen van NL naar FR
vampier
-
hertz
-
parasols
-
zonnen
-
meubilering
-
zonder samenhang
-
loonverschil
-
electrische lading
-
vol zorgen
-
ingreep
-
slachttijden
-
baret
-
dertig
-
landbezit
-
Witte donderdag
-
nijverheid
-
joekel
-
ongelukkige
-
stofbril
-
dierbare
-
kant
-
vliegkap
-
binnenmarcheren
-
schril
-
steenachtigheid