Vertaling Schwellung van Duits naar Nederlands
Wat is Schwellung in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Schwellung van DE naar NL.
Schwellung die ~
(Aufgedunsenheit)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
zwelling
de ~
bobbel
de ~
buil
de ~
bult
de ~
dikte
de ~
steenpuist
de ~
Schwellung die ~
Woorden die beginnen of eindigen met Schwellung
Recente vertalingen van DE naar NL
unmäßig
-
Pflegemutter
-
überglücklich
-
entkernen
-
Bohrkreisel
-
transpirieren
-
Wildstand
-
zufrieden
-
Drone
-
Deklaration
-
mit Hochglanzfarbe streichen
-
Broterwerb
-
Lumpenhandel
-
Großmutterschaft
-
Glasschränke
-
unfreundlich sein
-
Fünfkämpfe
-
durchschneiden
-
Hängeboden
-
versitzen
-
Unterrichtsmethode
-
Kranzbart
-
hinhören
-
Autobusse
-
Prolongation