Vertaling schuftig van Duits naar Nederlands

schuftig (gemein)
[bijvoeglijk naamwoord]

ploertig

schuftig (schelmisch)
[bijvoeglijk naamwoord]

smiechterig

ploerterig

schuftig (garstig)
[bijvoeglijk naamwoord]

schofterig

schuftig (obszön)
[bijvoeglijk naamwoord]

schunnig

banaal

grof

laag-bij-de-grond

lomp

plat

platvloers

triviaal

vunzig

schuftig (falsch)
[bijvoeglijk naamwoord]

onecht

bedriegelijk

gefingeerd

nagemaakt

onwaar

vals

schuftig (falsch)
[bijvoeglijk naamwoord]

niet hoog

laag de ~

schuftig (undeutlich)
[bijvoeglijk naamwoord]

onduidelijk

wollig

schuftig (gruselig)
[bijvoeglijk naamwoord]

donker de ~

dubieus

duister het ~

glibberig

obscuur

onguur

verdacht

schuftig (makaber)
[bijvoeglijk naamwoord]

macaber

luguber

spookachtig

schuftig (gruselig)
[bijvoeglijk naamwoord]

sinister

dreigend

duister het ~

huiveringwekkend

luguber

onheilspellend

schuftig (hinterhältig)
[bijvoeglijk naamwoord]

schurkachtig

boefachtig

boosaardig

gemeen

gluiperig

vals

schuftig (niederträchtig)
[bijvoeglijk naamwoord]

laaghartig

gemeen

laag de ~

laag-bij-de-grond

onedel

schuftig (hinterhältig)
[bijvoeglijk naamwoord]

doortrapt

achterbaks

gehaaid

gemeen

geniepig

geraffineerd

geslepen

gewiekst

gluiperig

leep

listig

slinks

sluw

snood

stiekem

uitgekookt

Vertaling schuftig van Duits naar Nederlands

Wat is schuftig in het Nederlands?

Recente vertalingen van DE naar NL

Cookievoorkeuren

Vertaling schuftig van Duits naar Nederlands

Wat is schuftig in het Nederlands?

Recente vertalingen van DE naar NL