Vertaling preacher van Engels naar Nederlands
Wat is preacher in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van preacher van EN naar NL.
preacher the ~
verkondiger
de ~
preacher the ~
(minister)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
dominee
de ~
predikant
de ~
prediker
de ~
voorganger
de ~
Woorden die beginnen of eindigen met preacher
Recente vertalingen van EN naar NL
rivet together
-
hutches
-
sunday morning
-
theatrical season
-
public housing
-
lock
-
taking
-
delight
-
small bank
-
year of ones life
-
fish-glue
-
lead away
-
entice
-
pub
-
saltsprinkler
-
reason
-
stoneware
-
rectum
-
management science
-
in a body
-
producer
-
outer covering
-
consult
-
clanking
-
breakings