Vertaling passen in van Nederlands naar Zweeds

doorsneden - voetbalelftal - incapabel - statica - opgooien - uitlijnen - tuinameublement - huidskleur - steeds opnieuw overwegen - kapitaalmarkt - zinnen op - vermelding - decaan - erger maken - prototype - virulentie - geldschieter - veelvuldigheid - twijfelmoedig - liefdadigheid - water afvoeren - aandacht - tegemoetgekomen - opladen van een geweer - reclameleuzen