Vertaling nut van Nederlands naar Duits
Wat is nut in het Duits?
Hieronder vind je de vertaling van nut van NL naar DE.
nut het ~
(nuttigheid)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Brauchbarkeit
die ~
Anwendbarkeit
die ~
Gewinn
der ~
Nutzen
der ~
Nützlichkeit
die ~
Sinn
der ~
Utilität
die ~
Verwendbarkeit
die ~
Vorteil
die ~
Woorden die beginnen of eindigen met nut
nuttig
-
tot nut
-
nutteloos
-
onnut
-
nutteloosheid
-
zonder nut
-
nuttig effect
-
niksnut
-
nuttigheid
-
nietsnut
-
nuttigen
-
nutsbedrijf
-
nuttig zijn
Recente vertalingen van NL naar DE
houtwaren
-
topjes
-
uit de koers raken
-
mensenleeftijd
-
kruis anatomie
-
brandweerladder
-
liaison
-
pennekras
-
roodharig
-
viezig
-
gekrompen
-
verklungelen
-
verzamelen
-
stijf
-
zigzaggende beweging
-
volksstam
-
decharge
-
scheefhoekig
-
looizuur
-
wandelschoenen
-
kuras
-
vergiftigen
-
gouddelver
-
relativiteit
-
trommelen