Cookievoorkeuren

Deze website gebruikt alleen cookies voor het tonen van advertenties en het bijhouden van bezoekersaantallen. Er worden geen persoonlijke gegevens opgeslagen.

Afwijzen Accepteren

Dictionary.nl

Vertalen
- Nederlands
- Engels
- Duits
- Spaans
- Frans
- Zweeds
Synoniemen
- Nederlands
- Engels
- Duits
- Spaans
- Frans
- Zweeds
Rijmen
- Nederlands
- Engels
- Duits
- Spaans
- Frans
- Zweeds
Vertalen
Synoniemen
Rijmen
Links

Home
Vertalen
DuitsDE
NederlandsNL
Nachbarn

Vertaling Nachbarn van Duits naar Nederlands

Wat is Nachbarn in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van Nachbarn van DE naar NL.

Nachbarn die ~ (Umwohnenden)
[zelfstandig naamwoord]

buren de ~

omwonenden de ~

wijkbewoners de ~

Te vertalen

Van

NLNederlands ENEngels DEDuits ESSpaans FRFrans SEZweeds

Naar

NLNederlands ENEngels DEDuits ESSpaans FRFrans SEZweeds

Woorden die beginnen of eindigen met Nachbarn

Nachbarn besuchen - Nachbarn von unten

Recente vertalingen van DE naar NL

durchsprechen - Kugelbahn - hinobenwerfen - Gelbsucht - geriffelt - mit jemandem Umgang haben - Panorama - schwerer machen - zu vernachlässigen - füchterlich - miauen - Pferdeverleiher - Typographie - Fliegenschnäpper - Nebeneinnahmen - Reliogionshaß - sanft - hoch - Nachhall - Honig - Rampe - bevorraten - Handelszeichen - bitterböse - Kunderflausen

Reinier Korth - Freelance Web Developer