Vertaling morceau van Frans naar Nederlands

morceau le ~ (éclat)
[zelfstandig naamwoord]

scherf de ~

diggel

splinter de ~

morceau le ~ (épave)
[zelfstandig naamwoord]

wrakstuk het ~

brokstuk het ~

morceau le ~ (segment)
[zelfstandig naamwoord]

segment het ~

morceau le ~ (part)
[zelfstandig naamwoord]

part de ~

aandeel het ~

deel de ~

morceau le ~ (parcelle)
[zelfstandig naamwoord]

onderdeeltje het ~

deeltje de ~

morceau le ~ (caillot)
[zelfstandig naamwoord]

klonter de ~

klont de ~

morceau le ~ (grumeau)
[zelfstandig naamwoord]

klont de ~

brok de ~

suikerklontje het ~

morceau le ~ (tartine)
[zelfstandig naamwoord]

boterham de ~

plak brood

snee de ~

sneetje het ~

morceau le ~ (ingrédient de base)
[zelfstandig naamwoord]

basisbestanddeel het ~

bestanddeel het ~

component de ~

deel de ~

element de ~

fractie de ~

ingrediënt het ~

onderdeel het ~

stuk het ~

morceau le ~ (fragment)
[zelfstandig naamwoord]

klontertje het ~

klompje

klontje het ~

Vertaling morceau van Frans naar Nederlands

Wat is morceau in het Nederlands?

Woorden die beginnen of eindigen met morceau

Recente vertalingen van FR naar NL

Cookievoorkeuren

Vertaling morceau van Frans naar Nederlands

Wat is morceau in het Nederlands?

Woorden die beginnen of eindigen met morceau

Recente vertalingen van FR naar NL