Vertaling moeite van Nederlands naar Zweeds

moeite geven - moeiten - moeite doen - kleine moeite - zonder moeite - moeiteloos

gekwartierd - praatzucht - praten - kaften - poncho - zonsopgang - vooringenomenheid - zeedamp - stopcontact - winkelbuurt - ertussenuit - quatsch - couvert - afscheidskus - snackbars - hoestsiroop - aanschouwelijk maken - rechtsbegrip - op zijn pootjes terechtkomen - geesteloos - absurd - geslingerd - in zwang komen - mensensmokkel - apenliefde