Vertaling mobilité van Frans naar Nederlands
Wat is mobilité in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van mobilité van FR naar NL.
mobilité la ~
losheid
de ~
mobilité la ~
(vivacité)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
levendigheid
de ~
drukte
de ~
opgewektheid
de ~
vrolijkheid
de ~
Woorden die beginnen of eindigen met mobilité
Recente vertalingen van FR naar NL
atmosphère
-
autour de
-
poids léger
-
cardamine
-
entrevoir
-
pousser vers le bas
-
tenue de route
-
inconvenablement
-
ménisque
-
affliger
-
admiratrice
-
piteux
-
grange à blé
-
t.s.v.p
-
silicium
-
entreprendre
-
flatterie
-
du moins
-
mouliner
-
rêver
-
mécanicien de bord
-
aux termes du droit pénal
-
prendre des médicaments
-
sandre
-
mêler