Vertaling logement van Nederlands naar Engels
Wat is logement in het Engels?
Hieronder vind je de vertaling van logement van NL naar EN.
logement het ~
(gasthuis)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
inn
the ~
accommodation
the ~
guest house
the ~
hotel
the ~
Woorden die beginnen of eindigen met logement
Recente vertalingen van NL naar EN
priem
-
herinneringsmedaille
-
dienstslaven
-
theezeefje
-
twijfelmoedig
-
vliegboot
-
winterlandschap
-
lichthartigheid
-
woordvoerster
-
positionering
-
koffiebaal
-
plombe
-
zustermaatschappij
-
burchtgracht
-
portier
-
omvervallen
-
rugby
-
radiotoestel
-
gluiperds
-
overtroeven
-
gras
-
houtskool
-
schot
-
gesmak
-
gezaghebben