Vertaling kleding van Nederlands naar Spaans
Wat is kleding in het Spaans?
Hieronder vind je de vertaling van kleding van NL naar ES.
kleding de ~
(kleren)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
ropa
la ~
ropaje
el ~
trajes
el ~
vestidos
el ~
vestiduras
la ~
vestimenta
la ~
Woorden die beginnen of eindigen met kleding
aankleding
-
kledingmagazijn
-
te ruim zittende kleding
-
kledingmateriaal
-
werkkleding
-
kledingzaak
-
kleding inkorten
-
tropenkleding
-
positiekleding
-
winkelhaak in kleding
-
beschermhoes voor kleding
-
kledingstuk
-
kleding afdragen
-
kastbekleding
-
avondkleding
-
maatkleding
-
staatsiekleding
-
buitenbekleding
-
zonder bekleding
-
strandkleding
-
kledingstoffen
-
gelegenheidskleding
-
kledingstof
-
weekendkleding
-
kledingwinkel
Recente vertalingen van NL naar ES
eredivisie
-
van beschermingen voorzien
-
overmorgen
-
rioolgas
-
huidenhandel
-
zalven
-
bergbeklimming
-
op de penning zitten
-
ommuren
-
optutten
-
wachtpost
-
zweetluchten
-
beklaagdenbankje
-
giro
-
kinderen
-
falen
-
confrater
-
natuurbad
-
veehouder
-
schel klinkend
-
op elkaar gepakt
-
stek
-
denkoefening
-
vechtpartijen
-
gedoemd