Vertaling item van Engels naar Nederlands
Wat is item in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van item van EN naar NL.
item the ~
(article)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
voorwerp
het ~
artikel
het ~
ding
het ~
goed
de ~
item
het ~
object
het ~
zaak
de ~
Woorden die beginnen of eindigen met item
postal item
-
individual item
-
collectors item
-
news item
-
balancing item
-
budget item
-
items
-
itemize
-
last item
-
wooden item
-
newspaper item
-
trading item
-
item on the agenda
-
item in a programme
Recente vertalingen van EN naar NL
guestroom bed
-
prospects
-
make peat
-
dreaminess
-
criminal judge
-
undaunted
-
born again
-
be unfaithful
-
five-armed
-
oregano
-
electricity meter
-
one year old
-
card-index system
-
heifer
-
hot-house
-
kapok
-
power
-
sequences
-
deboard
-
echo-sounder
-
workshy
-
agrarian
-
hereafter
-
guide
-
saw mill