Vertaling huisgezin van Nederlands naar Duits
Wat is huisgezin in het Duits?
Hieronder vind je de vertaling van huisgezin van NL naar DE.
huisgezin het ~
(familie)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
Familie
die ~
Dynastie
die ~
Sippe
die ~
Sippschaft
die ~
Verwandtschaft
die ~
Recente vertalingen van NL naar DE
ruggemergontsteking
-
heesterbosje
-
kluisteren
-
uitklokken
-
schietpartij
-
hoornist
-
fascist
-
dias
-
thesaurier-generaal
-
toonzaal
-
overhandiging
-
nemen
-
handijzers
-
inconsistentie
-
hoofdwortel
-
straatarm
-
bekeurde
-
ampèremeters
-
eten opscheppen
-
achterpagina
-
gebed
-
splijtingsproducten
-
smetten
-
informatiebureaus
-
keelader