Vertaling Herrschaft van Duits naar Nederlands
Wat is Herrschaft in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Herrschaft van DE naar NL.
Herrschaft die ~
(Obrigkeit)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
heerschappij
de ~
autoriteit
de ~
gezag
het ~
macht
de ~
Woorden die beginnen of eindigen met Herrschaft
Vorherrschaft
-
Alleinherrschaft
-
Oberherrschaft
-
Seeherrschaft
-
Schreckensherrschaft
-
herrschaftlich
Recente vertalingen van DE naar NL
Übergangsstück
-
Kinderherz
-
Steuerkette
-
Sukkadekuchen
-
verkrampft
-
Zukunftsträume
-
Zinsfuß
-
Straßenname
-
Hundewache
-
zweite
-
Exploration
-
Neurose
-
Frauenhandel
-
Bitte
-
zugucken
-
differenzieren
-
Lehmboden
-
Zeichnung
-
Mähmaschine
-
Schachbrett
-
herumtreiben
-
Wechselwirkung
-
zusammenrücken
-
weitermachen müssen
-
abblenden