Vertaling Geschwollenheit van Duits naar Nederlands

Geschwollenheit die ~ (Aufgeblasenheit)
[zelfstandig naamwoord]

gezwollenheid

opgeblazenheid de ~

opgezetheid

Geschwollenheit die ~

bolheid

Geschwollenheit die ~ (Wichtigtuerei)
[zelfstandig naamwoord]

hoogdravendheid de ~

bombast de ~

gewichtigdoenerij de ~

gewichtigheid de ~

gezwollenheid

pompeusheid

Geschwollenheit die ~ (Selbstgefälligkeit)
[zelfstandig naamwoord]

zelfingenomenheid de ~

arrogantie de ~

egotisme het ~

eigendunk de ~

eigenwaan de ~

hoogmoed de ~

ijdelheid de ~

zelfgenoegzaamheid de ~

Wat is Geschwollenheit in het Nederlands?