1. Home
  2. Vertalen
  3. DE
  4. NL
  5. geschult

Vertaling geschult van Duits naar Nederlands

Wat is geschult in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van geschult van DE naar NL.

geschult (erfahren)
[bijvoeglijk naamwoord]
gediplomeerd
gekwalificeerd
geschult (kundig)
[bijvoeglijk naamwoord]
bekwaam
bedreven
geoefend
geschult (gelehrt)
[bijvoeglijk naamwoord]
geleerd
intelligent
slim
wijs de ~
geschult (gebildet)
[bijvoeglijk naamwoord]
geschoold
geleerd
onderwezen
geschult (geistreich)
[bijvoeglijk naamwoord]
ingenieus
briljant
knap
kundig
kunstig
vaardig
vindingrijk
geschult (erfahren)
[bijvoeglijk naamwoord]
doorkneed
geschult (studiert)
[bijvoeglijk naamwoord]
gestudeerd
belezen
erudiet
geletterd
hooggeleerd
ontwikkeld
wijs de ~
zeer geleerd
zeer ontwikkeld
geschult (erfahren)
[bijvoeglijk naamwoord]
ervaren

Woorden die beginnen of eindigen met geschult

nicht geschult - ungeschult

Recente vertalingen van DE naar NL

Fülltrichter - Valuta - hingelangen - Erwägen - Einsegnung - vorteilhaft - zartbesaitet - gierig - Informationschalter - Zahnmittel - Zeitvertreib - leider - Schlauköpfe - vierbändig - ausführbar - stützen - krumpffrei - süchtig - geschworen - Wurf - sauen - aufgewärmt - Bruderschaft - Sitzung - Blickwinkel
Reinier Korth - Freelance Web Developer