Vertaling Genörgel van Duits naar Nederlands

Genörgel das ~ (Herumtollen)
[zelfstandig naamwoord]

stoeipartij de ~

gedonderjaag het ~

geravot

gestoei het ~

stoeierij de ~

Genörgel das ~ (Gemecker)
[zelfstandig naamwoord]

gekanker het ~

gescheld

Genörgel das ~ (Gequengel)
[zelfstandig naamwoord]

gezanik het ~

gemekker het ~

gezeur het ~

Genörgel das ~ (Gejammer)
[zelfstandig naamwoord]

gemopper het ~

gebrom het ~

Genörgel das ~ (Geklage)
[zelfstandig naamwoord]

gekanker het ~

geklaag het ~

gemekker het ~

Wat is Genörgel in het Nederlands?