Vertaling gastar van Spaans naar Nederlands

Wat is gastar in het Nederlands?

Hieronder vind je de vertaling van gastar van ES naar NL.

gastar el ~ (consumir)
[werkwoord]

verwerken

gastar el ~ (derrochar)
[werkwoord]

verbruiken

doorjagen

opmaken de ~

gastar el ~ (comerse)
[werkwoord]

iets uitgeven

gastar el ~ (desgastar)
[zelfstandig naamwoord]

slijten

verslijten

gastar el ~ (consumir)
[werkwoord]

uitgeven voor een maaltijd

verteren

gastar el ~ (desgastarse)
[werkwoord]

wegslijten

gastar el ~ (consumir)
[werkwoord]

verstoken

gastar el ~ (tener gastos)
[werkwoord]

kosten maken

gastar el ~ (utilizar)
[werkwoord]

gebruik maken van

aanwenden

benutten

gebruiken de ~

toepassen

gastar el ~ (corroer)
[werkwoord]

eroderen

wegvreten

gastar el ~ (consumir)
[werkwoord]

doorstaan

doorleven

verdragen

verduren

verteren

engastar - gastar el capital - gastar en una - malgastar - gastar en dulces - gastarle una broma a una - gastar totalmente - gastar en golosinas - gastarse - gastarse todo el dinero - desgastar - gastar bromas - gastar en - gastar una broma - gastar dinero en una cosa - gastar novatadas - gastar menos