Vertaling Fortpflanzung van Duits naar Nederlands
Wat is Fortpflanzung in het Nederlands?
Hieronder vind je de vertaling van Fortpflanzung van DE naar NL.
Fortpflanzung die ~
(Viehzucht)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
veefokkerij
de ~
fok
de ~
fokkerij
de ~
teelt
de ~
verbouw
de ~
voortplanting
de ~
Woorden die beginnen of eindigen met Fortpflanzung
Recente vertalingen van DE naar NL
Abhalten
-
Nachtschwärmer sein
-
Ziegeldach
-
verfechten
-
mühelos
-
lachsfarben
-
Zigarrenkiste
-
hinhalten
-
unverwüstlich
-
Zwitschern
-
Stabsoffizier
-
Trübsinn
-
Eisenteilchen
-
Mauerstrebe
-
debütieren
-
aus Kork
-
Rosenblatt
-
Wendepunkt
-
Flauheit
-
Scharfschütze
-
Großfürstentum
-
abhalten
-
Getobe
-
Bewohnung
-
krümelig