Vertaling Ferien van Duits naar Frans
Wat is Ferien in het Frans?
Hieronder vind je de vertaling van Ferien van DE naar FR.
Ferien die ~
(Urlaubszeit)
[zelfstandig naamwoord]
[zelfstandig naamwoord]
congé
le ~
année de congé
la ~
jour de congé
le ~
permission
la ~
vacances
la ~
vacations
la ~
Woorden die beginnen of eindigen met Ferien
Ferienwohnung
-
Ferienbetrieb
-
Ferienstimmung
-
Sommerferien
-
Ferienhaus
-
Ferienadresse
-
Feriengäste
-
Ferienstaffelung
-
Ferienzuschlag
-
Weihnachtsferien
-
Herbstferien
-
Ferientag
-
Ferienort
-
Feriengast
-
Ferienreise
-
Ferienarbeit
-
Ferienreisende
-
Parlamentsferien
-
Ferien Planung
-
Ferienkurs
-
Ferienzeit
Recente vertalingen van DE naar FR
zensurieren
-
Klostername
-
Junggesellenwohung
-
Vorgebirge
-
kleiner Betrag
-
erdwall
-
Hausarrest
-
Strahlen
-
leichter Stoß
-
Verladerampe
-
Schnalle
-
Ergänzungsübung
-
Stiefvater
-
Automobil
-
bereitlegen
-
Musikantin
-
rezessiv
-
Hinterlassenschaft
-
gelähmt werden
-
Türöffnung
-
Straßenbenutzungsgebühr
-
Trustbildung
-
in Lumpen gehüllt
-
überhintreiben
-
Wahlvolk