Vertaling fainéant van Frans naar Nederlands

fainéant le ~ (paresseux)
[zelfstandig naamwoord]

luiwammes de ~

luiaard de ~

luilak de ~

fainéant le ~ (abruti)
[zelfstandig naamwoord]

lanterfant de ~

flierefluiter de ~

lanterfanter de ~

lapzwans de ~

leegloper de ~

slampamper de ~

fainéant le ~ (inactif)
[bijvoeglijk naamwoord]

niets doend

lui de ~

fainéant le ~ (propre à rien)
[zelfstandig naamwoord]

nietsnut de ~

geitenbreier de ~

lammeling de ~

lamzak de ~

lanterfanter de ~

lapzwans de ~

leegloper de ~

lijntrekker de ~

slampamper de ~

slapkous

fainéant le ~ (fêtard)
[zelfstandig naamwoord]

klooier

fainéant le ~ (indolent)
[bijvoeglijk naamwoord]

vadsig

Wat is fainéant in het Nederlands?