Vertaling Einigung van Duits naar Nederlands

Einigung die ~ (Sozietät)
[zelfstandig naamwoord]

sociëteit de ~

gezelschap het ~

soos de ~

Einigung die ~ (Regelung)
[zelfstandig naamwoord]

regeling de ~

akkoord het ~

schikking de ~

vereffening de ~

vergelijk het ~

Einigung die ~ (Gemeinschaftlichkeit)
[zelfstandig naamwoord]

gemeenschappelijkheid de ~

overeenkomst de ~

Einigung die ~ (Kompromiß)
[zelfstandig naamwoord]

compromis de ~

vergelijk het ~

Einigung die ~ (Kreis)
[zelfstandig naamwoord]

cirkel de ~

kring de ~

Einigung die ~ (Verbindung)
[zelfstandig naamwoord]

associatie de ~

coalitie de ~

unie de ~

verbond het ~

Einigung die ~ (Erledigung)
[zelfstandig naamwoord]

afdoening de ~

afhandeling de ~

Wat is Einigung in het Nederlands?